Abram Adrianus Kranenburg (1837-1904), gemetseld keldergraf No.33, kocht de Steenen Windkorenmolen genaamd de “Oranye Boom” in 1879:
Leids Dagblad, 9 juni 1879: STEENEN WIND-KORENMOLEN GENAAMD “de Oranjeboom”, zeer gunstig gelegen, ook voor eigen handel, aan den Vliet of de trekvaart, tusschen ’s-Gravenhage en Leiden, onder de gemeente Voorschoten, met een vrijstaand huis, gemerkt no. 168, een ruim wagenhuis en paardenstalling, gemerkt no. 167, een koeienstal met varkenshok , benevens eenen grooten open grond, thans gebruikt wordende als groentetuin, tevens dienende als een vaste aanlegplaats voor de trekschuiten tussen Delft, ’s-Gravenhage en Leiden, met de met grasgewas en bomen bezette laan, voerend tot nabij de en toegang gevende tot het dorp Voorschoten”.
Toen Abram Adrianus Kranenburg stierf werd zijn zoon Arend Willem Catharinus Kranenburg (1864-1918) molenaar. Hij bemaalde de molen vanaf 1905 maar stierf jong. De weduwe Kranenburg-Verhoog, dochter van bakker Verhoog, kocht gemetseld keldergraf nr. 15 waarin Arend Willem Catharinus Kranenburg als eerste molenaar werd begraven.
Zijn zoon Abraham Adrianus Kranenburg (1902-1983) volgde hem op 16-jarige leeftijd op als molenaar. Maar koren werd steeds meer elektrisch, in fabrieken, gemalen. In 1924 werd de molen “de Oranjeboom” met woonhuizen, schuren en hooiberg aan de Vliet verkocht. Abraham Kranenburg werd transporteur, eerst nog met paard en wagen: A A Kranenburg verhuizingen en transporten, gevestigd aan de Pauwenstraat 10. Op latere leeftijd, in 1977, werd hij molenaar op de Knipmolen, de poldermolen ter hoogte van Duivenvoorde aan de Vliet.
De dochter van Abraham Adrianus Kranenburg, Adriana Johanna Kranenburg (1934-2008) trouwde met Hendrik Turkenburg (1931-2021).
3 generaties Kranenburg met partners liggen in dit gemetselde keldergraf.
Foto’s: familie Turkenburg.
Vlak voor ons zien we het volgende graf: Pompe van Meerdervoort nr. 31.