Christiaan Anton Cornelis Nell (1875-1960) was een Voorschotense pionier meteoroloog. Begin 20e eeuw werd het meteorologisch onderzoeksterrein aanzienlijk uitgebreid door de opkomst van de ballon- en luchtvaart en de radiotelegrafie. De bijdragen aan dit alles door Christiaan Nell vond voornamelijk plaats tussen 1910 en 1945. In 1900 richtte hij samen met Adriaan Gouka het “Nederlands Tijdschrift voor Meteorologie“ op. Men maakte in 1909 met de ballon “Rotterdam” een eerste wetenschappelijk vlucht, waarbij Nell meeging als meteorologisch waarnemer. Het waren hele grote ballonen op gas die opstegen bij de gasfabriek in Utrecht en Zeist met een klein mandje. Meteorologische ballonvaarten vonden in Nederland plaats tussen 1909 en 1914 toen er door WO I een einde aankwam.
Men maakte in 1909 met de ballon “Rotterdam” een eerste wetenschappelijk vlucht, waarbij Nell meeging als meteorologisch waarnemer. Het waren hele grote ballonen op gas die opstegen bij de gasfabriek in Utrecht en Zeist met een klein mandje. Meteorologische ballonvaarten vonden in Nederland plaats tussen 1909 en 1914 toen er door WO I een einde aankwam.
In het buitenland werden er naast ballonoplatingen ook vliegeroplatingen gedaan. Christiaan Nell was initiatiefnemer tot het oprichten van de “Nederlandse Weerkundige Vliegervereniging” die een vliegerstation hadden op de Waalsdorpervlakte.
De hoofdvlieger werd meestal door Nell zelf gemaakt. Met behulp van 3-4 hulpvliegers bereikte deze wel een hoogte van 3 km. Onderaan de vlieger zat de meteorograaf waarmee luchtdruk, temperatuur en luchtvochtigheid kon worden gemeten Vanaf rond 1930 tot zijn dood woonde hij aan de Papelaan 118. Aan de overkant, achter de huidige nummers 71 en 73. stond zijn meteorologisch waarnemingsstation, waar hij zijn metingen verrichte. Die gebruikte hij voor zijn weerrubriek in het Dagblad het Vaderland (1920-1940) en andere kranten, “voor den kampeerder, stedeling, boer en buitenman” Die metingen vormden ook de basis voor de ontwikkeling van zijn theorie van de omkeerdagen voor de Enkhuizer Almanak die hij in de jaren twintig ontwikkelde. Zijn methoden en aanwijzingen worden ook thans gehanteerd.
In 1940 moest hij op last van de Duitsers zijn meteorologische activiteiten staken. Dat kwam hard aan, hij was gepassioneerd in zijn werk.
Naast nr. 16 zien we nr 15 het familiegraf Kranenburg